Salta en Zuidwest-Bolivia

20 maart 2013 - Tupiza, Bolivia

Na een korte onvrijwillige onderbreking kon onze reis zich weer vervolgen in Salta, in het noordwesten van Argentinie. Deze provincie verschilt beduidend van de rest van Argentinie. Er zijn veel meer 'indigenas' (mensen met indiaans bloed) en de culturele verschillen met de rest van Argentinië zijn hierdoor merkbaar. Salta is een stad omringt door bergen en vol met kleurrijke kerken in koloniale stijl. Van hieruit doen we ook twee tourtjes. De eerste naar Cachi is vooral leuk door de twee enthousiaste gidsen. De gidsen leggen ons uit hoe cocablaadjes te kauwen. Cocablaadjes zijn dagelijkse kost voor veel inwoners van Salta. Dit zijn de planten waar cocaine van wordt gemaakt, maar de werking van de blaadjes an sich zijn vergelijkbaar met koffie. Je neemt een aantal blaadjes tussen je tanden en je wang, en kauwt ze langzaam tot pulp om de effecten te voelen (volgens iedereen hier werkt het ook tegen hoogteziekte). De gidsen leggen ook uit hoe belangrijk muziek is voor de mensen in Salta, en zingen voortdurend met de vrolijke panfluitmuziek mee. In de ogen van een van de gidsen welden de tranen op bij het horen van enkele nummers.

De volgende dag deden we een tourtje naar Humahuacu. Een plaatsje omringt door rotsformaties in allerlei kleuren, met als hoogtepunt de duende de siete colores. Zeven kleuren rots prachtig tezamen. De gids praat goed Engels, hoewel we ook het Spaans goed kunnen verstaan. Hij geeft veel informatie over de cultuur van de Quechua, waaronder de betekenis van Pachamama, moeder aarde. Hij vertelt ons dat niet de overgang van 31 december op 1 januari een nieuw begin symboliseert, zoals in de Westerse cultuur, maar 21 december: het begin van de zomer. Op deze dag verzamelen veel Indigenas zich bij een soort zonnewijzer waarbij ze de armen omhoog houden om
de zon, wanneer deze op het hoogst is, in ontvangst te nemen. Ze vereren Pachamama met offers in de hoop dat ze later in het jaar een goede oogst krijgen.

Na het tourtje werden we afgezet in Tilcara, een klein plaatsje ten noorden van Salta waar we in een hostel zitten waar elke avond voor het hele hostel gekookt wordt. Na het eten gaat iedereen met een gitaar gezellig liedjes uit de streek zingen, en laat Lune haar beste versie van come together horen.

Na twee nachtjes werd het weer tijd om verder te reizen. Deze keer namen we afscheid van Argentinie en zeiden we Hola tegen een nieuw land: Bolivia! In de bus naar het grensplaatsje La Quiaca komen we naast twee Nederlanders te zitten, Thijs en Janneke. Met hen reizen we diezelfde middag naar Tupiza, waar we bij Tupiza Tours meteen twee activiteiten boeken: 3 uurtjes hobbelen op een paard en de vierdaagse tour naar Salar de Uyuni.
Het paardrijden op zondag bleek een fijn rustmoment alvorens vertrek naar Salar de Uyuni op maandag.

Die maandag vertrokken we met nog twee andere jeeps naar onze eerste hospedaje op 4200 meter. Guus had in Tupiza al flink last van hoogteziekte en ook de eerste dag van de tour werd hij hierdoor geveld. En flink ook. En dat terwijl Lune hier mega bang voor was. Knallende koppijn, koorts, zweten. Een namiddag en een goede nacht slaap in combinatie met 'Sorojchi'-pills en paracetamol kwam hij er weer bovenop. Gelukkig. De volgende twee dagen waren de andere Nederlanders slachtoffer van Sorojchi. De tour was echter prachtig, vier dagen lang in een jeep langs prachtige wisselvallige surrealistische landschappen gevuld met lama's, Alpaca's, Vicuña's en adembenemende rotsformaties. Onze gids Idel voorzag ons van informatie over het ontstaan van die landschappen, en onze kokkin Maura zorgde dat het ons aan niets te kort kwam.
Op dag vier stonden we vroeg op om de zonsopgang op de zoutvlaktes van Uyuni mee te maken. Helaas was het bewolkt en zagen we de vuurbol achter de wolken opkomen. Na het ontbijt (met verse cake!) was het tijd om de funny pictures te maken: vanwege de zoutvlakte kon je spelen met afmetingen, waarbij je onrealistische fotos kon maken. Na de zoutvlakte was de tour voorbij en namen we afscheid. Met een paar groepsgenoten besluiten we bij het busstation van Uyuni vervoer te regelen naar Potosí omdat de reguliere bussen pas in de avond zouden vertrekken. We dachten een mini-van te hebben gecharterd dus we keken vreemd op toen er een volledige personenbus bij de terminal verscheen. De mensen van het vervoersbedrijf vertelden dat wij kaartjes mochten verkopen. Een gedeelte van de prijs verdienden we dus terug met het charteren van bolivianen die ook graag smiddags naar Potosi wilden en ons betaalden om mee te mogen.

Potosi bestaat bij gratie van de 'cerro rico' (de rijke berg) waar de Spanjaarden ladingen zilver vandaan haalden. Miljoenen slaven zijn in de mijnen van de berg gestorven. Omdat de Spanjaarden het zilver vooral gebruikten om duitse, engelse en ook nederlandse schuldeisers van de kroon af te betalen is een groot gedeelte van de rijkdom van Europa gebaseerd op de zilvermijnen van Potosi. Heden ten dage exploiteren de bolivianen de leftovers. Guus bezoekt met Thijs een mijn in de berg. De mijnwerkers praten onderling voornamelijk Quechua, de taal van de incas. Ze kauwen de hele dag coca bladeren en drinken alcohol van 97.6 procent. Guus en Thijs proberen een paar slokjes. De alcohol moet zo puur zijn omdat ze een gedeelte offeren aan el Tio, de duivel, die heerst over de mijn. Als de alcohol gemixt is geeft el Tio ook zilver gemixt met nutteloze materialen, zeggen de mijnwerkers. dat de alcohol goedkoop is zal ook meespelen. El Tio heeft zelfs een altaar met zijn beeltenis in elke mijn, hier offeren de mijnwerkers coca, alcohol en sigaretten, en drinken ze samen vrijdagmiddag na het werk. We komen een stomdronken mijnwerker tegen die zaterdagmiddag al helemaal van de kaart is. De tocht door de mijn voert langs dondere lage gangetjes,modder, sulfurafzettingen, onbetrouwbare trappetjes. Een zwaar leven voor de mensen die er dagelijks werken. Na het bezoek komen we langs wat mijnwerkers die de materialen in een vrachtwagen laden. Een vrouw en een man maken ruzie, de vrouw gooit eerst een steen naar de man en later tegen het raam van de truck. Wij staan perplex, maar de gids en de rest van de mensen vinden het de normaalste zaak van de wereld, het is zaterdagmiddag en heel Potosi is dronken.
Na Potosi vertrekken we naar Sucre, waar we een week Spaanse les zullen nemen!

Foto’s

6 Reacties

  1. Afita Y Enrique:
    20 maart 2013
    Oh wat een geweldig avontuur beleven jullie en wat schrijven jullie het goed op!!!!! Of we er bij zijn hihihi xxxxxxx
  2. Marietje en Wim:
    20 maart 2013
    Heerlijk dat jullie zo kunnen genieten van de cultuur.
    Liefs van ons!
  3. Lune Lotte:
    21 maart 2013
    Muchas gracias! Het is hier fantastisch :)
  4. Suzie en han:
    28 maart 2013
    Geweldig, boeiend verslag. Zo deel te nemen aan een andere cultuur moet wel een bijzondere beleving zijn. Geniet met volle teugen ! Liefs. Pas goed op elkaar !
  5. Marlies en Frans:
    1 april 2013
    ja zo merk je dat de wereld meer te bieden heeft dan bv Amsterdam of
    Roosendaal, doe samen veel genieten en niet te veel alcohol.
    Guus nog gefeliciteerd met je verjaardag.
    Knuffels vanuit Roosendaal.
    Marlies en Frans en de 9 anderen.
  6. Rita en René Grooten:
    1 april 2013
    Guus,
    van harte gefeliciteerd met je verjaardag. Maak er samen met Lune een speciale dag van. Verder nog heel veel reisplezier, we blijven jullie volgen.